De hieronder beschreven 10 principes voor een Authentieke Dialoog helpen teams om patronen te doorbreken, zoals elkaar niet laten uitpraten, discussies herhalen en gevoelige onderwerpen vermijden.
Als teamcoach ontwerp ik teamcoach sessies of strategiedagen. Soms gebruik ik de Authentieke Dialoog als teaminstrument. Dit helpt een team om op een andere manier met elkaar te spreken en te luisteren. En – afhankelijk van de mate van vaardigheid van de facilitator – zal het team ook doorbraken kunnen maken. Het team krijgt gezamenlijk nieuwe inzichten. Het is the art of thinking together.
In mijn boek Teamcoaching en Intervisie met de Authentieke Dialoog bespreek ik hoe je teams kan helpen met de Authentieke Dialoog. Steeds vaker zie ik het resultaat van dit teamcoachings-instrument. Om je een stukje op weg te helpen, citeer ik uit het boek de principes die helpen bij het beoefenen van de Authentieke Dialoog.
10 principes bij de Authentieke Dialoog
De principes zijn onderverdeeld in drie categorieën:
- spreken en luisteren,
- de Innerlijke Dialoog en
- collectieve thema’s.
Spreken en luisteren
1. Ik kan oprecht en kort en bondig spreken
Het in handen hebben van een bal helpt een deelnemer al om kort en bondig te spreken. De aandacht van de groep richt zich op de persoon met de bal. Dit nodigt uit om te zeggen wat jou op dat moment bezighoudt. Het helpt voorkomen dat iemand langdradig wordt, in herhaling valt of over iets heen praat.
2. Ik kan zorgvuldig naar een ander luisteren
Oefen jezelf om te luisteren naar ‘de boodschap achter de woorden’. Wie is de persoon achter de woorden? Dat kun je ontdekken als je met aandacht naar die ander luistert.
3. Ik kan zonder enige terughoudendheid respect hebben voor de ander
Dit principe gaat over je houding. Het is een keuze. Kun je respect hebben voor een ander ook al mag je hem of haar niet? Ook al roept de boodschap weerstand bij je op?
4. Ik kan met de houding van een leerling naar een conversatie luisteren in plaats van met de houding van een kenner
De luisterhouding van een kenner betekent dat je tegen jezelf zegt: ‘ik weet het allemaal al’, waardoor je niet meer zo open staat voor wat de ander wil zeggen. De houding van een leerling nodigt uit om elke keer als er iets gezegd wordt, dit ‘als nieuw’ te horen omdat je in het ‘hier en nu’ bent. Ieder moment is nieuw.
De Innerlijke dialoog
5. Ik kan mijn aannames en die van anderen checken
Onderzoek en verwoord je eigen aannames. Je hebt ook een beeld van de aannames die anderen hebben. Stel vragen, zodat er een uitnodiging ontstaat om deze aannames te onderzoeken en te checken.
6. Ik wil oefenen om stil te zijn en te vertragen, zodat ik reflectie en onderzoek mogelijk maak en kan onderscheiden
Deelnemers hebben soms moeite met stilte. Maar juist in de stilte kun je ervaren of er spanning is, of dat er een sfeer heerst waarin ieder op zijn gemak is. Het is de vertraging die uitnodigt om uit het automatisme te gaan en reflectie, onderzoek en onderscheiding mogelijk te maken.
7. Ik kan me bewust worden van mijn eigen innerlijke dialoog en hoe die mij beïnvloedt in het luisteren naar wat anderen zeggen
Tijdens het luisteren, hoor je niet alles. Dit komt omdat we de informatie filteren. Door ons van die filters bewust te zijn, merken we hoe we luisteren naar een ander. Je innerlijke dialoog verwoorden is een vorm van ‘hardop denken’. Het wordt zo transparanter wat er in je gebeurt. Het kan groepsleden bij elkaar brengen. Hierdoor ontstaat ook onderling meer intimiteit.
8. Ik kan mijn oordelen uitstellen en blijven luisteren naar anderen, zelfs als ik het oneens ben met wat de ander zegt
Oordelen zijn snel gemaakt. Nodig uit om van ‘reflex’ naar reflectie te gaan. Daarnaast is het zo dat een persoon één minuut kritiek kan aanhoren. Daarna sluit iemand zich meestal af en is het lastig om te blijven luisteren. Dit is één van de moeilijkste principes om te beoefenen.
Collectieve thema’s
9. Ik kan collectieve thema’s en patronen onderscheiden die in een dialoog naar boven komen
Als een onderwerp de gemoederen in een groep bezig houdt, merk je dat doordat meerdere deelnemers zich erover willen uitspreken. Ze geven bijvoorbeeld antwoord op een vraag, of zeggen iets over het onderwerp. Deelnemers kunnen achter elkaar reageren op een onderwerp, maar bijdragen kunnen ook verspreid zijn door de dialoog heen. Je merkt dit doordat groepsleden op een later tijdstip terug (blijven) komen op wat eerder gezegd is. Een patroon in een dialoog ontdek je doordat meerdere deelnemers hetzelfde zinnetje uitspreken. De groep is zich daar niet altijd van bewust. Het is aan jou als facilitator om dit op te merken. Daarover later meer.
10. Ik kan vragen stellen die groepsleden helpen om verbinding te maken en nieuwe perspectieven te onderzoeken
Het stellen van vragen kan stimulerend werken: het is een vraag die leidt tot onderzoek. Je kunt jezelf iets hardop afvragen. Soms leidt zo’n vraag aan jezelf tot het doorbreken van een taboe, iets dat moeilijk besproken kan worden in de groep.
Als een vraagt niet ‘leeft’, zal er geen reactie van de deelnemers zijn. Toch kan een vraag zijn uitwerking wel hebben. Een voorbeeld: een teamlid vroeg aan de groep: ‘voelen we ons echt wel veilig?’ De andere teamleden gaven tijdens de dialoog geen antwoord op deze vraag. Het leek alsof de vraag genegeerd werd. Een aantal teamsessies later werd deze vraag echter wel actueel en er werd toen ook aan gerefereerd. Zo begon de vraag te leven in de groep.
In de opleiding tot werkgelukdeskundige (CHO) en teamflow-coach die ik geef, leer ik de deelnemers ook de Authentieke Dialoog faciliteren. Wil je zelf aan de slag met de Authentieke Dialoog? Meer informatie vind je in het Handboek Teamcoaching en Intervisie met de Authentieke Dialoog, of neem contact voor een vrijblijvend gesprek hoe we jouw team naar het flow en co-creatie kunnen brengen!